Luis Suárez. Jekyll en Hyde

Herman Pinkster, spelersbegeleider bij Ajax, zegt het zo: “Er zijn eigenlijk twee persoonlijkheden: een Luis buiten het veld, en een Luis binnen het veld. Buiten de lijnen is hij een vriendelijke, voorkomende en rustige man[…]Binnen de lijnen is hij iemand anders, gespannen, gestrest, fel en prikkelbaar. Een soort Jekyll en Hyde.” Luca Caiolo legt in deze biografie uit hoe het zover gekomen is.

Geen uitzonderlijk talent

Luis Suárez, geboren op 21 januari 1987 in Salto, in het noordoosten van Uruguay, was bepaald geen zondagskind. Zijn vader, een militair, was alcoholicus. In 1994 werd Rodolfo Suárez overgeplaatst naar Montevideo. Het gezin vestigde zich in La Blanquada, de stadswijk waar voetbal het straatbeeld bepaalt en het Estadio Parque Central het wekelijkse uitje is van zijn bewoners. Luis speelde met zijn broer Maximiliano in de jeugd van Nacional, naast Peñarol de grote voetbalclub van de hoofdstad. Hij was zeker geen uitzonderlijk talent, van zijn oudere broer werd meer verwacht. Wel viel zijn mentale kracht op. Luis straalde als hij won, jankte als hij verloor en ging voor iedere bal. Dat veranderde toen hij twaalf was. Hij verloor zijn interesse in wat de grootste passie van zijn leven leek te zijn. Het gezondheidsregime maakte plaats voor een dieet van pizza, hotdogs en cola. Kwam het door de scheiding van zijn ouders? In 1996 wees Sandra Suárez haar echtgenoot voorgoed de deur, ze was zijn alcoholische uitspattingen zat. Rodolfo had zijn militaire loopbaan inmiddels ingeruild voor een baantje als portier. De scheiding was een “blijvend litteken”. Ook de armoede verdween niet. “We hadden het niet breed en we waren me z’n velen, dus we konden ons geen luxe permitteren. Ik dácht er niet aan mijn vader en moeder te vragen om de voetbalschoenen waar ik van droomde.” Jeugdcoach Wilson Píriz begreep de geestelijke nood van zijn pupil en nam hem onder zijn hoede. ”Ik bracht de lessen over die ik zelf van het leven heb geleerd: wees een goed mens, wees eerlijk, denk na voordat je iets doet, heb vertrouwen in jezelf en bereid je goed voor op de doelen die je jezelf stelt.” In die volgorde. Ook hielp dat hij op zijn vijftiende in een discotheek in Montevideo de liefde van zijn leven ontmoette: Sofia Albi. Ondanks een leeftijdsverschil van drie jaar stuurde ze hem, zij hield hem op het rechte pad. Suárez was ontroostbaar toen de familie Albi in oktober 2004 naar Barcelona emigreerde. Hij wilde maar één ding: de oversteek naar Europa maken. Die kans diende zich aan toen de scouting van FC Groningen zijn zinnen op de Uruguayaanse jeugdopleidingen had gezet. PSV struinde traditioneel de Braziliaanse voetbalmarkt af, dus verzetten scout Grads Fühler en algemeen directeur Hans Nijland hun bakens naar een kleinere Zuid-Amerikaanse voetbalnatie. In 2006 maakte Nederland kennis met een nogal houterige, iets te dikke speler uit Montevideo. “Ze hebben bakken met geld uitgegeven voor een Zuid-Amerikaan die niets waard is. Hij kan niet eens fatsoenlijk tegen een bal trappen,” berichtte medespeler Sander Rozema aan het thuisfront. Op 1 oktober 2006 wist Suárez de wedstrijd tegen Vitesse eigenhandig te kantelen, met twee doelpunten, een assist en een strafschop. Daarna bloeide hij onder trainer Ron Jans op.
Een jaar later speelde hij voor Ajax. Met Henk ten Cate klikte het, met Marco van Basten niet. Toen kwam Martin Jol aan het bewind, die hem gaf wat hij nodig had: vertrouwen. Jol verliet het traditionele 4-3-3 systeem voor 4-4-2, want daarin voelde Suárez zich prettig. Jol maakte de negentienjarige aanvoerder. Jol bleef Luis een aardige jongen noemen toen we een andere kant van hem kregen te zien: “Een liefdesbeet” noemde Jol het incident met Otman Bakkal tijdens Ajax-PSV op 20 november 2010. De KNVB was minder coulant: de schorsing van zeven wedstrijden deed Suárez besluiten zijn blik op het buitenland te richten. Het werd Liverpool. Ook daar leerde ze het enfant terrible kennen. Patrice Evra beschuldigde hem van racistische uitlatingen tijdens de derby Liverpool-Manchester op 11 oktober 2011 en op 21 april 2013 tegen Chelsea deed Suárez het weer. Dit keer was Branislav Ivanović het slachtoffer. “If you can’t beat them, eat them,” grapte de natie. De schorsing van tien wedstrijden was een mentale knauw voor Suárez. Het Wereldkampioenschap in Brazilië en het ontgoochelende voorval in de wedstrijd van Uruguay tegen Italië op 24 juni 2014 met Giorgio Chiellini – het derde slachtoffer op rij – moest toen nog plaatsvinden.

Het Zwitserland van Zuid-Amerika

Luca Caiolo schuwt de psychologische verklaringen niet voor de “verbetenheid” van het “straatjochie dat had leren knokken om te overleven” (Henk ten Cate) en heeft het over “reactief en niet-adaptatief gedrag”. Het sterkst is deze biografie in zijn sociologische motivering van de dubbele persoonlijkheid van Luis Suárez, de wijze waarop in Uruguay het spelletje wordt gespeeld. Hoe kan een land van 3,3 miljoen inwoners zo zijn stempel hebben gedrukt op de geschiedenis van het voetbal? Twee keer Olympisch Kampioen, twee keer wereldkampioen – successen waarvan het Oranjelegioen alleen maar kan dromen. Caiolo schetst in een buitengewoon elegante stijl het beeld van een egalitaire samenleving, waarin voetbal “het manifest voor de armen” is en dat zijn progressieve beleid op het gebied van onderwijs en lichamelijke opvoeding voor zijn jeugd in klinkende munt kreeg uitbetaald. Uruguay was in de jaren twintig van de twintigste eeuw het Zwitserland van Zuid-Amerika dat nauwelijks werd getroffen door de economische crisis die de wereld in zijn greep hield. In een dergelijke samenleving biedt voetbal de mogelijkheid op een beter leven voor een jongen wiens eerste huis uit golfplaten bestond. Sterspeler Ruben Sosa zag die potentie al in de puberende Suárez. “Niet zozeer vanwege zijn geweldige techniek, want die had hij nog niet, maar vanwege zijn instelling, die mentaliteit, zijn enorme drang om te willen winnen.” Daarbij beschikte hij over de nodige “picardía”: sluwheid, doortraptheid. “Luis Suárez droeg de hele geschiedenis van het Uruguayaanse voetbal met zich mee,” aldus Martín Lasarte, die andere sterspeler. Het is het soort voetbal dat met de fair play-campagne van de wereldvoetbalbond op uitsterven staat. De schorsing van negen interlands en de algehele schorsing van vier maanden naar aanleiding van het bijtincident in de wedstrijd tegen Italië, is de zwaarste straf ooit tijdens een WK. Je zou wensen dat de FIFA zo streng was voor zichzelf.

Suárez
Luca Caiolo
Uitgeverij Thomas Rap
ISBN 9789400402799
Verschenen in augustus 2014

Bestelinformatie

Bestel hier als paperback bij bol.com (€ 17,90)
Bestel hier als ebook bij bol.com (€ 13,00)

Eric Palmen
Eric Palmen
Eric Palmen is historicus en hoofdredacteur van Biografieportaal. Hij schreef onder andere Kaat Mossel, helleveeg van Rotterdam en Dwaze liefde, een familiegeschiedenis, uitgegeven bij Prometheus. Voor Historisch Nieuwsblad, de Volkskrant,Vrij Nederland, Het Parool en Elsevier Weekblad schreef hij artikelen over de biografie.

Fijn als je dit artikel met anderen deelt:

Lees ook...

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in